Zo op het eerste gezicht schat ik Jan een jaar of
zestig. Hij is eenzaam, woont alleen en heeft
niet veel vrienden. Dat zie ik in een oogopslag.
Volgens eigen zeggen heeft Jan veel paranormale
ervaringen. Vooral ’s nachts heeft hij de ervaring dat
geesten hem bezoeken. Hij hoort ze, ziet ze en vindt de
indrukken vaak overweldigend. Jaren geleden vertelde
een spirituele man hem dat hij grote wonderen zal
gaan verrichten. Volgens Jan kan hij zelf genezen door
handoplegging en hij vraagt zich eigenlijk af wanneer
het nu eindelijk gaat gebeuren.
Mooie dingen
Een beetje verbaasd vraag ik: ‘Wat bedoel je met
wanneer gaat het nu eindelijk gebeuren?’ ‘De wonderen
natuurlijk’, zegt Jan. ‘Er is mij verteld dat ik grote
dingen mag gaan doen en dat er vele mensen op mijn
pad komen die ik ga helpen. Ik kom nu bij jou om te
vragen wanneer het gaat gebeuren. Het is namelijk al
jaren geleden gezegd en tot op heden is er nog niets
gebeurd.’ ‘O jeetje’, denk ik bij mezelf, ‘wat moet ik hier
nu mee?’ Ik weet dat Jan veel positieve energie haalt uit
de gedachte dat hij straks mooie dingen gaat doen. Op
dit moment heeft hij weinig zaken waar hij zijn geluk
uithaalt. Het is belangrijk dat ik dit gesprek tactisch
aanpak, maar ik wil ook eerlijk zijn omdat ik geen gave
bij hem zie. Ik verwacht niet dat hij wonderen gaat
verrichten in de toekomst. Ik krijg zelfs het gevoel dat
zijn ervaringen ’s nachts verzonnen zijn. Tenminste, ik
geloof wel dat hij het als echt ervaart, ik denk alleen dat
het in zijn hoofd zit. Ik zie een man voor me zitten die
leeft op hoop dat hij in de toekomst bijzonder zal zijn
en dat zijn leven binnenkort anders wordt.
Leven op orde
Ik begin bij het begin en vertel Jan dat ik een eenzame
man voor me zie zitten die eigenlijk graag een levenspartner
wil. Hij knikt instemmend. Daarnaast zie ik dat
hij niet werkt, terwijl die afleiding wel goed voor hem
zou zijn. Weer knikt hij instemmend. Ik ben blij dat hij
dit gewoon toegeeft, dat maakt het gesprek een stuk
makkelijker. Ik vertel wat voor soort werk bij hem past.
Waar hij blij van zou worden en waar hij ook mensen
mee kan helpen. Jan kan de verantwoordelijkheid van
een betaalde baan op dit moment nog niet aan, maar
vrijwilligerswerk, in bijvoorbeeld een kantine, zou goed
voor hem zijn. Ik wil graag dat Jan de deur uitkomt, wat
meer mensen ontmoet en zich meer gaat mengen in
het ‘gewone’ leven. Ik leg uit dat als hij thuis blijft wachten
op zijn toekomst, er niets zal gebeuren. Hij kijkt me
geschrokken aan. ‘Nee Jan’, zeg ik, ‘het gaat niet vanzelf
komen.’ Dan vertel ik dat als Jan het gewone leven
weer een beetje aankan, hij zich altijd weer verder kan
verdiepen in het ‘spirituele’. Ik leg uit dat hij eerst goed
voor zichzelf moet kunnen zorgen, voordat hij andere
mensen kan helpen. ‘Hoe wil jij mensen helpen als je
niet eens goed voor jezelf zorgt?’, vraag ik hem. ‘Begin
met je leven op orde te brengen. Maak jezelf sterker en
dan kun je daarna bijvoorbeeld een spirituele cursus
gaan doen.’
Bijzonder zijn
Jan is niet de eerste die bij mij in de praktijk komt en
te horen heeft gekregen, dat hij een gave heeft. Er zijn
veel mensen met een gave, dat geloof ik best. Ik geloof
ook dat we allemaal een intuïtie hebben en die kunnen
ontwikkelen. We kunnen allemaal leren voetballen,
maar niet iedereen heeft het talent om een profvoetballer
te worden. Zo is het ook met het mediumschap
of het genezen. Iedereen kan de techniek leren, maar
niet elke persoon heeft het talent om er daadwerkelijk
mee te gaan werken. Toch willen mensen graag, soms
te graag. Jan is zo’n geval. Hij wil bijzonder zijn en
zich zo voelen. Het idee dat hij iets speciaals heeft,
houdt hem op de been. Jan realiseert zich niet dat
hij bijzonder is. Dat hij daar niets voor hoeft te doen,
behalve het zich te realiseren. Want op het moment
dat je écht voelt dat je een kind van God bent, dan
verandert het je leven. Dan hoef je niet meer te leven
op hoop en je niet meer vast te houden aan illusies.
Dan heb je geen speciale gave nodig om bijzonder
gevonden te worden. Dan ben je goed zoals je bent. Is
dat niet heerlijk?!
Comments